Deur 0000.0013

 

Vervolg literatuur

- Zippelius, Adelhart, Das Bauernhaus am unteren Deutschen Niederrhein. Deel in de serie 'Werken und Wohnen. Volkskundliche Untersuchungen im Rheinland', nr 1. Wuppertal (Martini & Grüttefien), 1957. [206 blz. ISBN -]. Hierin "Die Aussenwände und ihre Öffnungen", vooral: blz. 48-50

- Vigan, Jean de, Le petit Dicobat. Dictionnaire général du bâtiment. Ris-Orangis (Arcature), 1994. [957 blz. ISBN 2.9504805.2.7]. Hierin: blz. 695-699 ("Porte"), 879 ("Vantail (autrefois Ventail) n.m. Panneau, en général mobile, de volet, de croisée, de porte, de grille... Syn.: battant, ouvrant" - dit is de volledige tekst)

- Cruyningen, Piet van & Jeroen Goudeau & Feyoena Grovestins & André Viersen & John van Zuijlen, Het Boerderijenboek. Uitge­geven vanwege de Stichting Histo­risch Boerderij Onderzoek. Zwolle (Waanders), 2003cop. [448 blz. ISBN 90.400.8808.X]. Hierin: blz. 60-69

- Hemert, Ries van, Kozijnen, ramen, deuren, luiken. Handboek voor timmerlieden betrokken bij restauraties van monumenten. Amsterdam (Nationaal Restauratie Centrum), 2003. [267 blz. ISBN 90.77019.06.5]. Hierin: blz. 141-176

- Mielke, Heinz‑Peter, "Onderzoek naar huizen op het platteland en daarmee samenhangende volkskundige aspecten van het boerenleven". In: Hertogdom Gelre, deel 1: Historische bijdragen. Gelre, Geldern, Gelderland. Geschiedenis en cultuur van het hertogdom Gelre. Redactie: Johannes Stinner & Karl‑Heinz Tekath. Geldern (Verlag des Historischen Vereins für Geldern und Umgegend), 2001. [527 blz. ISBN voor beide delen samen: 90.5345.194.3], blz. 301‑314. Hierin: blz. 310 ("De Nederrijnse huisdeur is oorspronkelijk een in tweeën gedeelde staldeur (halfdeur). Die was overgenomen van het rookhuis uit een tijd, toen mens en dier samen nog een soort leefgemeenschap vormden. Ook kon de rook door het open bovendeel wegtrekken, op die manier kwam er extra licht in de ruimte waar de haard stond. Tussendeuren waren eenvoudige planken deuren, die bij grote eetpartijen bij gebrek aan een geschikte tafel uit de scharnieren werden gehaald en als tafel dienst deden. Deze deur zat tussen twee met pen en gat verbonden (bij inbouw achteraf aangebrachte) steunbalken en was van boven begrensd door een afsluiting met een bovenlicht. Omdat het Nederrijnse tweebalkenhuis op een omlopende dorpelbalk staat, sluit de deur beneden met de drempel. De oorspronkelijke functie van een drempel is echter een geheel andere dan het zorgen voor een aanslag van de deur. In de gedachtenwereld van destijds konden duivels en boze geesten geen drempel passeren, ze bleven er als het ware aan hangen.")

Zie verder volgende kaart